Aanvaring Solong toont volgens jurist gat in regelgeving gevaarlijke stoffen op zee

Het vrachtschip Solong, dat dinsdag voor de Engelse kust in aanvaring kwam met de kerosinetanker Stena Immaculate, dreigt te zinken. Deze gebeurtenis laat volgens Jolien Kruit, advocaat bij Van Traa Advocaten en docent aan de Erasmus School of Law, opnieuw zien dat er wereldwijd een belangrijk juridisch hiaat bestaat rond het vervoer van gevaarlijke stoffen op zee. Hoewel de internationale scheepvaart als veilig wordt beschouwd en schepen moeten voldoen aan strenge regels, zoals vastgelegd in het MARPOL-verdrag, schieten deze regels tekort wanneer er ongelukken gebeuren.

Kruit wijst erop dat eerdere rampen met olietankers, zoals de Exxon Valdez en de Erika, hebben geleid tot een uitgebreid aansprakelijkheids- en vergoedingssysteem voor olierampen. Voor andere gevaarlijke stoffen bestaat ook zo’n systeem: het HNS-verdrag (Hazardous and Noxious Substances). Dit verdrag regelt schadevergoeding bij incidenten met gevaarlijke stoffen, vergelijkbaar met de afspraken voor olie. Toch is het HNS-verdrag, ondanks herziening in 2010, nog steeds niet van kracht. Nederland wil samen met België en Duitsland in 2025 het verdrag goedkeuren, maar er is nog een vierde land nodig om het in werking te laten treden.

De aanvaring tussen de Solong en de Stena Immaculate — waarbij kerosine en mogelijk natriumcyanide aan boord waren — is volgens Kruit een duidelijk voorbeeld van een incident dat onder het HNS-verdrag zou vallen. Totdat dit verdrag geldt, blijft een belangrijke internationale regeling voor aansprakelijkheid en schadevergoeding ontbreken, waardoor slachtoffers vaak lastig hun schade vergoed krijgen.

Lees verder op nt.nl

 

Vervoer gevaarlijke stoffen op laagste punt sinds 2015

In 2023 werd in Nederland ruim 657 miljoen ton aan gevaarlijke stoffen vervoerd via territoriale wateren, (spoor)wegen en pijpleidingen. Dit is 3,6 procent minder dan in 2022 en het laagste niveau sinds 2015. Vooral het binnenlandse vervoer van gassen daalde sterk, mede door de afgenomen aardgaswinning en de sluiting van het Groningenveld per oktober 2024. Ten opzichte van 2015 werd 56,6 procent minder gas binnen Nederland vervoerd. Tegelijkertijd is de aanvoer van vloeibaar aardgas (lng) per zeeschip de laatste jaren juist gestegen, vooral als alternatief voor Russisch gas na de inval in Oekraïne.

Gevaarlijke stoffen, zoals olie, benzine, ammoniak, vuurwerk en lithium-ion-batterijen, maken 36,9 procent uit van het totale goederenvervoer in Nederland. Het meeste vervoer van gevaarlijke stoffen verloopt via pijpleidingen (42,7 procent), al is dit aandeel gedaald door het lagere gasvervoer. Het vervoer per zeeschip groeide juist naar ruim 260 miljoen ton, vooral dankzij de toegenomen aanvoer van lng. Binnenvaart vervoerde 97 miljoen ton, vooral voor doorvoer, waarin zij een aandeel van 96,1 procent heeft. Het vervoer over de weg (2 procent) en spoor (0,8 procent) speelt een relatief kleine rol in het totaal. Deze cijfers komen uit recente statistieken van het CBS.

Lees verder op cbs.nl

 

Lancering platform ‘Best Safety Practices voor de chemische keten’

Met trots kondigen wij de lancering aan van het project ‘Best Safety Practices voor de chemische keten’: een samenwerking tussen de IFCL (International Foundation for Chemical Logistics), de VNCW, het bedrijfsleven en de TU Delft. Dit initiatief richt zich op het verzamelen en delen van bewezen veiligheidspraktijken binnen de chemische sector.

Om dit mogelijk te maken, heeft het team het platform www.bestsafetypractices.org ontwikkeld. Dit platform biedt een centrale plek waar professionals Best Safety Practices kunnen zoeken, delen en uploaden. Zo bouwen we gezamenlijk aan een veiliger en duurzamer werkklimaat.

Wij roepen eenieder op om:

✅ Een account aan te maken op www.bestsafetypractices.org 

✅ Bestaande Best Safety Practices te raadplegen en te implementeren

✅ Zelf nieuwe Best Safety Practices te delen (indien deze nog niet aanwezig zijn)

Daarnaast zullen binnenkort handige apps beschikbaar komen om het delen en toepassen van Best Safety Practices nog eenvoudiger te maken.

Sluit je aan en help ons de chemische sector veiliger te maken!

Internetconsultatie Cyberbeveiligingsbesluit en Wet weerbaarheid kritieke entiteiten

Van 20 februari tot 30 maart 2025 kan er online gereageerd worden op de concept-Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) Cyberbeveiligingsbesluit en het concept-Besluit Weerbaarheid kritieke entiteiten. In het Cyberbeveiligingsbesluit komen onder andere de zorgplicht, registratieplicht en opleidingsplicht voor bestuurders aan bod. Het concept-Besluit Weerbaarheid kritieke entiteiten sluit aan op de Wet weerbaarheid die kritieke entiteiten beschermd tegen allerlei soorten dreigingen, zoals sabotage en terroristische aanslagen.

Het Ministerie van IenW roept bedrijven op om niet af te wachten totdat beide wetten in werking treden, maar zich nu al voor te bereiden op de risico’s die zij lopen door digitale dreigingen. Op de website Versterken cyberweerbaarheid staan verschillende maatregelen die genomen kunnen worden. Ook op de pagina De Cyberbeveiligingswet (Cbw/ NIS2 richtlijn) en de pagina Wet weerbaarheid kritieke entiteiten is meer informatie te vinden.

Online zijn daarnaast veelgestelde vragen met betrekking tot beide wetten in te zien. Voor overige vragen kan contact opgenomen worden via cernis@minienw.nl.

Lees verder op nctv.nl

 

Handelingsinstructie fosfine opgesteld door ILT

In het internationale transport van los gestorte droge bulklading in binnenvaartschepen wordt voor de bestrijding van ongedierte vaker gegast fosfine gebruikt. Bij incidenten met deze stof bleek de wet- en regelgeving vaak niet duidelijk waardoor de afwikkeling van de incidenten lang duurde. ILT heeft daarom een handelingsinstructie Incidenten met gegaste ladingen in de binnenvaart opgesteld.

Lees verder op ilent.nl

 

Aankondiging Cyberweerbaarheidsconferentie IenW

Op 26 mei 2025 zal het Ministerie voor Infrastructuur en Waterstaat (IenW) voor de tweede keer een Cyberweerbaarheidsconferentie organiseren. De conferentie zal ditmaal plaatsvinden in de Fabrique in Utrecht en thema van de dag is ‘Samen verder, samen weerbaar’. Er zullen zowel inhoudelijke sessies zijn als workshops, interviews, paneldiscussies en keynote sprekers. Allen gaan in op onderwerpen zoals de cyberbeveiligingswet, OT-security en gezamenlijke cyberweerbaarheid. 

De officiële uitnodiging met inschrijflink volgt later.

Bron: Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat

 

VLPO luidt noodklok over nieuw concept PGS 15

De Verenigde Leveranciers Prefab Opslagsystemen (VLPO) waarschuwt voor de nieuwe conceptversie van de PGS 15 (PGS 15:2023 versie 0.1), die strengere eisen stelt aan gebouwen waarin meer dan 2,5 ton gevaarlijke stoffen wordt opgeslagen. De eis geldt voor bijna alle ADR 2-9 stoffen, die ook in de metaalindustrie veel aanwezig zijn. De grootste verandering is dat gebouwen waarin een brandwerende kluis staat, zelf ook 60 minuten brandwerend moeten zijn. Dit is volgens VLPO-voorzitter Siebe Buijse voor veel bestaande panden praktisch onhaalbaar en zeer kostbaar.

De VLPO voelt zich gepasseerd in het opstellen van de richtlijn en vindt dat de betrokken commissie de belangen van gebruikers niet goed vertegenwoordigt. Ook ontbreekt een economische impactanalyse. De extra eisen, zoals grotere afstanden voor buitenopslag, worden als onrealistisch gezien, vooral in dichtbebouwde gebieden.

De VLPO roept op tot een herziening en wil bewustwording creëren onder ondernemers. Samen met Koninklijke Metaalunie is bezwaar ingediend, maar er is nog geen reactie ontvangen. Volgens Buijse dreigt Nederland hierin overdreven streng te worden.

Lees verder op vlpo.org

 

Implementatie handleiding Uniforme benadering Seveso-zorgbedrijven

Eind 2023 startte SEVESO+ een project om de aanwijzing van zorgbedrijven verder uit te werken. Dit resulteerde in de handleiding Uniforme werkwijze zorgbedrijven, waarin het proces en de criteria uit het implementatieplan Zorgbedrijven 2021 zijn aangescherpt.

De handleiding is ontwikkeld door een projectteam van Seveso-omgevingsdiensten en afgestemd met SEVESO+-inspectiepartners. Eind 2024 werd deze in regionale managementoverleggen toegelicht en officieel vastgesteld. Alle inspectiepartners hebben afgesproken volgens deze handleiding te werken.

Belangrijke wijzigingen zijn onder andere:

  • Een duidelijke definitie van een zorgbedrijf binnen de Seveso-regelgeving.
  • Uniforme landelijke afspraken over inspectie en besluitvorming.
  • Concretere criteria voor de aanwijzing van een zorgbedrijf.
  • Overzichtelijke stroomschema’s voor besluitvorming en communicatie.
  • Aanpassingen conform de Omgevingswet en het Besluit activiteiten leefomgeving.

Deze handleiding biedt meer transparantie en uniformiteit in de werkwijze rondom Seveso-zorgbedrijven.

Lees verder op seveso-plus.nl

 

ECTA-CEFIC Best practice richtlijnen voor transportbeveiliging

Het vervoer van chemicaliën, en met name gevaarlijke goederen, brengt aanzienlijke veiligheidsrisico’s met zich mee die effectief beheerd moeten worden om de veiligheid van mensen, eigendommen en het milieu te garanderen. ECTACEFIC heeft daarom een Best practice met richtlijnen opgesteld om deze risico’s binnen de chemische toeleveringsketen te beperken en te beheren.

De Best practice richt zich op chemische bedrijven, transportbedrijven en andere logistieke dienstverleners die betrokken zijn bij het transport en de bijbehorende opslag, laden of lossen van chemicaliën. Ze richten zich op de belangrijkste veiligheidsrisico’s die gepaard gaan met het transport van chemicaliën.

De (Engelstalige) Best practice is terug te vinden op de website van het ECTA.

Lees verder op ecta.com

Uitvoeringsbesluit (EU) 2025/113 aangaande de beheersing van de gevaren van zware ongevallen met gevaarlijke stoffen

Op 24 januari heeft de Europese Unie Uitvoeringsbesluit (EU) 2025/113 van de Commissie van 23 januari 2025 gepubliceerd. Het gaat om het uitvoeringsbesluit tot vaststelling van het format voor het meedelen van informatie van de lidstaten over de uitvoering van Richtlijn 2012/18/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken, en tot intrekking van Uitvoeringsbesluit 2014/896/EU van de Commissie.

Lidstaten gebruikten tot nu toe een specifiek formulier (opgenomen in Uitvoeringsbesluit 2014/896/EU) om informatie met betrekking tot de richtlijn te verstrekken. Dit formulier is aangepast. Op basis van het aangepaste formulier moet de volgende rapportageperiode van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2026 lopen. De lidstaten moeten deze informatie uiterlijk op 30 september 2027 bij de Commissie indienen.

Het formulier bevat algemene informatie over de inrichting en gaat daarnaast in op de volgende onderwerpen: veiligheidsrapporten, noodplannen, veiligheidsmaatregelen, inspecties, exploitatieverboden, sancties en andere dwangmiddelen.

Lees verder op emis.vito.be